KNMG pleit voor latere ingangsdatum vermelding BIG-registratie
Door een wijziging in de wet BIG zijn BIG-geregistreerde zorgverleners per 1 april 2019 verplicht hun BIG-nummer actief bekend te maken. Een zichtbaar BIG-nummer voorkomt verwarring bij overeenkomende achternamen en zorgt ervoor dat een patiënt een arts makkelijker kan vinden om te controleren of hij of zij ingeschreven staat in het BIG-register.
De Tweede Kamer wil dat het BIG-nummer vermeld wordt op alle online en offline plekken waar een arts beroepsmatig zijn of haar naam en beroep bekend maakt. Het gaat hier om websites en andere digitale media, briefpapier en e-mail ondertekeningen, facturen en in de praktijk zelf.
Kritiek KNMG
KNMG sluit zich aan bij het belang van de vermelding van het BIG-nummer inzake transparantie en veiligheid van de Nederlandse gezondheidzorg. ‘Het zorgt voor een grotere transparantie en duidelijkheid voor de patiënt en geeft (potentiële) patiënten de zekerheid dat een arts bevoegd is.’ vindt het KNMG.
Volgens de federatie is de verplichting echter omvangrijker dan gedacht. De deadline van 1 april 2019 is voor vele artsen moeilijk te behalen, omdat artsen vaak mede afhankelijk zijn van anderen als het gaat om de aanpassingen van websites en software.
Daarnaast vinden zij dat het BIG-nummer op de facturen een onevenredig belastende administratieve maatregel is. Volgens de KNMG worden facturen meestal rechtstreeks naar de zorgverzekeraar gestuurd en niet naar de patiënt.
De KNMG vraagt om verplaatsing van de invoeringsdatum van de verplichte BIG vermelding, zodat het werkveld zich beter kan voorbereiden.
Reactie toevoegen