LHV: “Basisaanbod huisartsenzorg in gevaar”
“Het basisaanbod vormt zowel de kern als het overgrote deel van de huisartsgeneeskundige zorg en mag nooit een sluitpost zijn. In haar advies aan de minister doet de NZa expliciet de suggestie om groei in multidisciplinaire zorg (het zogenaamde segment 2, of S2) of het belonen van resultaten en het stimuleren van innovatie (het zogenaamde S3) ten koste te laten gaan van het budget voor het basisaanbod (S1). Voor de LHV een onacceptabel uitgangspunt met mogelijk grote gevolgen voor patiënt en zorgverlener. Zonder een stevig en gegarandeerd basisaanbod is aanvullend en bijzonder aanbod helemaal niet mogelijk.” stelt het LHV
De NZa stelt in haar rapport juist dat Segment 1 geen sluitpost zal worden:
“In de beschreven systematiek zijn de opbrengsten van huisartspraktijken uit S2- en S3-zorg van invloed op de tarieven in S1. Als bijvoorbeeld de totale opbrengsten sterker toenemen dan de totale kosten, en als de opbrengsten uit S1 stabiel blijven en die uit S2 en S3 dus stijgen, dan zullen de S1-tarieven dalen. De winst is gestegen, en het deel van de
extra winst dat toegerekend wordt aan S1, wordt omgezet in een tariefdaling. Het deel van de extra winst dat toegerekend wordt aan S2 en S3, laat de NZa ongemoeid (vrije tarieven). S1 is in deze systematiek dus geen sluitpost.”
Volgens de artsenorganisatie blijft ook in het definitieve NZa-advies onduidelijk wat de effecten van de plannen zijn voor patiënt en zorgverlener. “Een huisarts die te veel tijd moet besteden aan systeemveranderingen, kan simpelweg minder tijd besteden aan zijn patiënten en aan samenwerking met andere zorgverleners. Daarmee lijkt de patiënt de dupe te worden. Voor de huisarts zelf blijft onduidelijk wat de effecten zijn op zijn omzet en administratieve lasten. Een goede effectenanalyse en een rustige overgang naar het nieuwe systeem zijn essentieel.”
Convenant onder druk
Volgens de LHV zet de NZa met haar advies de recent gemaakte convenantsafspraken onder druk. Vooral de afspraken over de bescherming van de basiszorg en het mogelijk maken van substitutie. De artsenorganisatie vindt het advies bovendien op een aantal fronten dermate ondoordacht dat op basis hiervan geen beslissingen genomen kunnen worden. Onderwerpen die in een brief naar de minister en bij het komend bestuurlijk overleg nadrukkelijk ter sprake zullen komen.
Minister Schippers neem waarschijnlijk eind maart een definitief besluit over de bekostiging. De NZa moet voor 1 juli 2014 de nieuwe regelgeving bekend maken wil deze in 2015 ingaan. De NZa spreekt van “een krap tijdspad”. Mocht deze planning niet haalbaar blijken dan zal zal het nieuwe bekostigingsmodel per 2016 ingevoerd worden.
Reactie toevoegen