Bijna helft huisartsen meldt burn-outklachten: ‘Vertrouwen in huisarts als professional moet weer terug’
Dick Groot vertelt dat 540 van 1350 VPH-leden in januari aan de enquête deelnamen. ‘Daarmee is het dus zeker representatief. Ons ledenbestand bestaat vooral uit praktijkhouders van kleine tot middelgrote zelfstandige praktijken. Zij geven aan dat ze te maken hebben met veel werkdruk, stress en burn-outklachten. Bekend is dat juist praktijkhouders van grotere praktijken, met veel managementtaken en ketenzorg, de meeste stress ervaren. Dat geeft aan hoe groot het probleem onder verschillende typen praktijkhouders is.’
In de enquête ('Tweederde van de huisartsen overweegt te stoppen vanwege werkdruk') zegt 91% van de ondervraagde huisartsen dat hij of zij de werkdruk de afgelopen jaren als ‘hoog’ ervaart. 67% overweegt wel eens eerder te stoppen als gevolg van deze hoge werkdruk. Ruim 70% van de praktijken heeft te maken met personeelsuitval. 44% kampt met burn-outklachten. 57% maakt zich zorgen over de opvolging bij zijn of haar praktijk. ‘Veel huisartsen hebben te maken langdurige vermoeidheidsverschijnselen, waardoor ze minder plezier in hun werk ervaren, zich minder goed kunnen ontspannen, geen zin meer hebben om te gaan sporten bijvoorbeeld. Ze zijn soms zo overbelast dat ze eigenlijk geen goede patiëntenzorg meer kunnen leveren.’
Oorzaken overbelasting
Oorzaken van de stress zijn de groeiende administratieve lasten, patiënten die met steeds meer vragen komen, een groot aantal complexe zorgpatiënten en de vele overlegsituaties, schetst Groot. ‘Na ieder ketenzorgconsult moet je voor de zorgverzekeraar verantwoorden wat je precies hebt gedaan, of je hebt doorverwezen en een reeks hele specifieke vragen beantwoorden.’ Die administratieve druk is vanaf 1 januari verder toegenomen door de invoering van Wet Toetreding Zorgaanbieders (WTZa), de wet die bepaalt dat iedere zorgaanbieder moet voldoen aan onder meer een meldplicht, vergunningsplicht, bestuursstructuur en jaarverantwoordingsplicht.
Groot: ‘De WTZa is bedoeld om fraude te bestrijden in de zorg. Dat komt in bepaalde delen van de GGZ en thuiszorg wel eens voor, maar in de eerste lijn totaal niet. Met het vorige kabinet viel daarover totaal niet te praten. Dat is gek, want enkele jaren geleden is datzelfde VWS samen met ons begonnen aan de campagne ‘Ontregel de zorg’, waarmee de administratieve lastendruk juist moest worden teruggedrongen. Samen met de Eerstelijnscoalitie doen we nu pogingen om die wet door het nieuwe kabinet weer laten afschaffen.’
Moeilijk ‘nee’ zeggen
De werkdruk bij huisartsen is ook zo groot, doordat de dokters moeilijk nee kunnen zeggen tegen patiënten met complexe vragen. ‘Vroeger kwam een patiënt met één vraag bij de dokter, tegenwoordig zijn het soms wel vier tot zes vragen. Wij hebben een langdurige relatie met patiënten, die zich elke keer opnieuw melden. We bieden zorg, ondersteunen bij vervolgzorg, verwijzen naar specialisten en langdurige zorg. Soms regel ik zelfs een busabonnement voor ouderen die minder mobiel worden. Maar eigenlijk is dat een hulpvraag die het sociale domein zou moeten oplossen.’
Dat huisartsen vaak geen ‘nee’ zeggen tegen patiënten komt ook doordat sectoren als GGZ en thuiszorg lange wachtlijsten hebben. ‘De GGZ is misschien het beste voorbeeld’, zegt Groot. ‘Toen ik onlangs iemand met suïcidale klachten verwees, kreeg ik te horen dat er een wachttijd van negen maanden is. Dat betekent de ondersteuning van zo’n patiënt al die tijd weer bij mij ligt. Elke huisarts heeft vaak een handvol van zulke ‘zorgpatiënten’, die zich telkens weer melden.’
Ook de zorg voor ouderen ligt meer dan vroeger op het bordje van de huisarts. ‘Er zijn geen bejaardenhuizen meer. Ouderen blijven langer zelfstandig, waardoor we steeds meer met complexe ouderen te maken hebben, die zorg nodig hebben. Mobiele ouderen krijgen soms maar vier uur thuiszorg per week, met alle gevolgen van dien. Ik was vandaag nog bij een dame van 91, die was gevallen en liefst 24 uur op de grond heeft gelegen. Bij haar komt nog twee keer thuiszorg per week. De honden lusten er geen brood van.’
Elke handeling verantwoorden
De VPH wil in gesprek met Ernst Kuipers, de nieuwe minister van VWS, en de zorgverzekeraars over de nodige veranderingen in het zorgsysteem. Groot pleit op de eerste plaats voor de terugkeer naar vertrouwen in de professional. ‘Het wantrouwen in zorgprofessionals als de huisarts moet weer plaatsmaken voor vertrouwen. Vanwege dat wantrouwen moeten we nu elke handeling verantwoorden. Ook moet er dringend een einde komen aan die zogenaamde marktwerking, die nergens toe heeft geleid. De concurrentie tussen thuiszorgpartijen heeft er bijvoorbeeld toe geleid dat er nu veel minder kwalitatieve thuiszorg wordt geboden dan vroeger. Bovendien zijn we ongerust over het plan in het regeerakkoord om de huisarts een nog grotere rol in de GGZ te geven, terwijl de GGZ zich meer moet bezighouden met complexe zorg.’
‘Macht verzekeraars’
Op dit moment ziet Groot nog weinig tekenen van verandering in Den Haag. ‘Veel partijen wilden in hun verkiezingsprogramma’s juist nog meer macht aan zorgverzekeraars geven, omdat dat de manier zou zijn om de kosten in de zorg te reduceren. Dankzij het DOT-systeem zijn specialisten gewend heel veel onderzoek te doen en vindt er veel onnodige diagnostiek plaats.’
‘Vergelijk de diagnostiek en indicatie van nu met die van vroeger. Vijftien jaar geleden ging ik met een verpleegkundige langs bij ouderen in mijn wijk. Dan keken we samen wie thuiszorg moest krijgen of wie beter naar een verzorgingshuis kon. Tegenwoordig doet het Centraal Indicatieorgaan Zorg dat, met speciale indicatiestellers, en zijn er allerlei managementlagen bijgekomen.’
‘Huisartsen hebben geen enkel belang bij onnodige diagnostiek en behandelingen. Een flinke kostenbesparing zou ook zijn het terugdringen van allerlei overleggen, zoals de multidisciplinaire overleggen, het wijkteam of het polifarmacie-overleg. Deelname in al die circuits kan best op indicatie, maar niet per se vier keer per jaar. Ook wat dat betreft moet het vertrouwen in de zorgprofessional weer terug.’
Links:
Bij het thema van dit artikel betrokken organisaties
Meer artikelen met dit thema
Demi Schischke begeleidt assistentes bij Tandarts Today: ‘Volop kansen om je te ontwikkelen en te blijven groeien’
6 okt 2022 5 minDemi Schischke werkt als…
Begeleiding buitenlandse tandartsen bij Tandarts Today: ‘Speciaal carrièrepad voor tandartsen’
6 sep 2022 5 min‘Assisteren de basis’: ‘Unieke spoedcursus voor assisteren aan de stoel’
1 sep 2022 4 minEric Tak (Tandheelkunst) blikt terug: ‘Die hele tandheelkunde moet anders: stel de patiënt centraal’
25 aug 2022 5 minTandarts Mieke Bergmans: ‘Als een praktijkmanager eerst op de werkvloer heeft gestaan, is dat een pré’
6 jul 2022 3 minGijs Ganzevles (fysiopraktijkhouder en praktijkmanager): ‘Ik heb goed zicht op de organisatie, ik sta er middenin’
10 jun 2022 4 minGijs Ganzevles heeft samen met zijn maat een maatschap: Fysiotherapie Bergstraat in Amersfoort. Hij werkt als…
Reactie toevoegen