Erik Dijkstra (LHV): ‘Plan van Aanpak huisartsentekorten focust op opleiden en arbeidsmarkt’
Plan van Aanpak in het kort
LHV en VWS zetten in Plan van Aanpak Huisartsentekorten in op:
- het opleiden van meer huisartsen, het beter spreiden van de opleidingsplekken en het beter laten aansluiten van de opleiding op het werkveld;
- het verlagen van de werkdruk van de huisarts;
- het verkennen van mogelijkheden om taken binnen de praktijk en binnen een regio anders te verdelen, door onder meer inzet van (andere vormen van) personeel en meer samenwerking tussen praktijken.
Opleiden en arbeidsmarkt
Het Plan van Aanpak zoekt de oplossing in twee richtingen: opleiden en arbeidsmarkt, vat projectleider Erik Dijkstra samen. ‘De ene lijn is opleiden, dat wil zeggen het opleiden van voldoende huisartsen, een landelijk goede gespreide opleiding en voldoende aandacht voor praktijkhouderschap. De andere lijn is het aantrekkelijk en werkbaar houden van de huisartsenzorg, door verlaging van administratieve lasten en voldoende inzet van personeel.’
De aanpak bestaat daarbij uit landelijke en regionale maatregelen, schetst Dijkstra. ‘Huisartsen worden vooral in de universiteitssteden opgeleid. Er zijn dependances nodig, die bijdragen aan spreiding van huisartsen, zoals de huisartsenopleidingen met dependances in Zwolle, Enschede en Eindhoven. Daarnaast vraagt het om praktijken die verspreid over het land huisartsen in opleiding willen begeleiden.’ Inhoudelijk is meer aandacht nodig voor de organisatie van moderne praktijken en ondernemerschap. ‘Aandacht voor wat er komt kijken bij ondernemerschap en praktijkvoering. Hierover willen we als LHV het gesprek aangaan met de huisartsenopleiding.’
Aantallen studenten
Daarnaast gaat het ook om voldoende studenten huisartsgeneeskunde, aldus Dijkstra. ‘Dat aantal wordt bepaald door het Capaciteitsorgaan, dat daarvoor ook goed moet kijken naar de toename van de zorgvraag en naar de parttimefactor. We denken dat er meer studenten nodig zijn. Alleen, dat moet het Capaciteitsorgaan berekenen. Minister Bruins (medische zorg en sport) heeft de bevoegdheid het aantal te verhogen. We hebben hem gevraagd die bevoegdheid te handhaven, want we denken dat het nodig is om voldoende huisartsen op te leiden.’
Dijkstra schetst dat het plan voortborduurt op eerdere programma’s en regionale initiatieven. ‘Het terugdringen van administratieve belasting sluit aan op de voorstellen van programma ‘Het roer gaat om‘, dat ook landelijke als regionale kanten heeft.’ Ook voor de partners van artsen is in sommige regio’s aanvullend arbeidsmarktbeleid nodig en dat is in het Plan van Aanpak onderdeel van de regionale aanpak. ‘Als LHV hebben we daar minder invloed op. Er lopen verschillende contacten met provinciale overheden, die regionale initiatieven zoals in Zeeland en Noord-Nederland ondersteunen. In Friesland is bij het Huisartsenplatform ook een bemiddelingsbureau betrokken, ook met oog op werk voor partners. Dat moet je regionaal regelen.’
Geen gedwongen spreiding
Naar aanleiding van de publicatie van het plan ontstond onrust over een aantal mogelijke maatregelen die de onderzoeksinstituten NIVEL en Prismant hadden geïnventariseerd. Dijkstra: ‘Het Plan van Aanpak vat de voorstellen van NIVEL en Prismant samen. Daarbij staan ook oplossingsrichtingen vermeld waar we juist niet voor kiezen, zoals over de waarnemingsmarkt of gedwongen spreiding. Het onderzoek noemt maatregelen van gedwongen spreiding in andere landen. Maar de situatie in Canada of Australië is niet vergelijkbaar met Nederland, waar de afstanden heel veel kleiner zijn. De spreiding van de opleiding is wel van belang, waarbij buiten de Randstad ook voldoende opleidingsplekken dienen te zijn.’
Vrije markt waarneemtarieven
Ook de vrije markt voor waarneemtarieven wordt in het plan niet ter discussie gesteld, benadrukt Dijkstra. ‘Totaal niet. Het gaat er om dat je voldoende huisartsenzorg hebt en daar heb je ook waarnemende huisartsen voor nodig. De onderhandelingen over het waarneemtarief spelen zich af op een markt, en dat zal VVD-minister Bruins zeker niet loslaten. De vaststelling van een maximaal tarief zou er ook niet automatisch toe leiden dat huisartsen overal op een prettige manier kunnen werken. Dat tarief is geen beperkende factor, het maximeren daarvan werkt niet per se tegen de uitwassen. Dat is niet te staven. Excessen zijn meer uitzondering dan regel, daar hoeven we geen speciale regels voor te bedenken. Zorg liever voor het aantrekkelijk houden van het vak.’
Tijdige praktijkoverdracht
De tijdige overdracht van praktijken is een van de regionale thema’s in het Plan van Aanpak, vertelt Dijkstra. ‘Het is van belang dat praktijkhouders daar ver van te voren over nadenken, ook om met collega’s af te stemmen. Zorgverzekeraar De Friesland heeft een zogeheten transitiemanager aangesteld om de match tussen de vertrekkende en komende huisarts te begeleiden. Dat is een goed voorbeeld van de nodige ondersteuning bij de overdracht.’
Meer artikelen met dit thema
Minister Bruins wil meer regie patiënt over eigen dossier
30 okt 2019 3 minZilveren Kruis investeert in basisteam huisartsen en regionale ontwikkelingen
24 okt 2019 3 min‘Stand van de zorg’: NZa vreest voor toegankelijkheid en betaalbaarheid
23 okt 2019 4 minBeoordelingsgesprekken passé: ‘Help medewerkers beter te worden in hun werk’
22 okt 2019 4 minThieu Heijltjes bespreekt Paul Wormer: ‘De dokter in de vakgroep’
21 okt 2019 4 minEen organisatie zonder hiërarchie werkt niet. Dat schreef ik op mijn flip-over voor mijn gesprek met 5…
Reactie toevoegen