Louis Overgoor (Bettery Institute): ‘Fysiotherapeut kan iemand met schulden stimuleren om in beweging te komen’
Louis Overgoor ziet er anders uit dan in het voorjaar. Hij heeft chemokuren gehad, waardoor zijn haar is uitgevallen. Bovendien heeft hij stamceltransplantatie ondergaan, maar kon grotendeels doorwerken, zo vertelt hij stoïcijns. Louis Overgoor: ‘Ik ben nauw betrokken bij de ontwikkelingen in de GGZ en daar was veel te doen. Dat gaf afleiding en ook de lockdown hielp me, omdat ik me toch al voorzichtig moest gedragen in verband met kans op infectie. Iedereen werkte thuis, we moesten veel videobellen en daardoor viel het minder op.’
Louis Overgoor is arts en werkt als ‘creatief directeur’ van het Bettery Institute, ‘gamechangers in health’. Bettery zet zich in voor een andere benadering in de gezondheidszorg, samengevat met de slogan van ‘Ziekte en Zorg naar Gezondheid en Gedrag’ (‘de GG/ZZ-visie’).
U pleitte er bij het congres Fysio Praktijk Anno Nu in maart voor dat de fysiotherapie zich met veel meer domeinen kan verbinden om mensen in beweging te krijgen. Bijvoorbeeld in het sociale en financiële domein, zoals bij schulden. Is dat een voorbeeld van uw creatieve kijk?
‘Ja. De behoefte van mensen is dat ze invloed krijgen op hun leven. De ontwikkelingen rond ‘positieve gezondheid’ en ‘de brede gezondheid’ zijn niets anders dan dat je vraagt of iemand lekker in zijn vel zit en hem of haar ondersteunt bij de ambities die diegene heeft wat betreft gezondheid en functioneren. Fysiotherapeuten zelf hoeven zelf niks met de schuldenproblematiek, dat gaat vooral over het proces van in beweging komen.’
‘Als iemand continu thuis zit, als hij is vastgelopen omdat hij in de schulden zit, kan de fysiotherapeut hem vragen: wat kun je doen om van je schulden af te komen? En dan ondersteunen om het eerste stapje te zetten. De fysio is geen specialist die kan vertellen hoe dat moet. Als iemand vervolgens wel weer met het maatschappelijk werk durft te bellen over zijn schulden, is dat een essentiële beweging. De vraag is wel hoe je dit in de fysiotherapie zou willen financieren. Dat moet je niet financieren vanuit de Zorgverzekeringswet, maar dan kijk je naar andere vormen van financiering, bijvoorbeeld voor schuldhulpverlening’.
Vanuit het ideeëngoed van ‘Ziekte en Zorg naar Gezondheid en Gedrag’ ontwikkelde u in Amsterdam Zuidoost het Big Move-programma. Hoe werkte dat?
‘Big Move kun je zien als een voorloper van de Gecombineerde Leefstijlinterventie (GLi) , maar ging vooral over gedrag. Aangetoond is dat door ander gedrag juist grote effecten op leefstijl en gezondheid ontstaan. De opdracht van de GLi nu is gericht vanuit de zorg. De verzekeraar wil en mag dat alleen betalen bij een bepaalde medische problematiek, zoals overgewicht. Dan gaat het om afvallen en ook om voeding. Daaraan is als eis het bewegen toegevoegd, activiteiten die zich in de wijk kunnen afspelen. Eigenlijk horen deze maatregelen ook in het maatschappelijk domein thuis en dus ook de financiering die daarbij past.’
Hoe werkt de Gecombineerde Leefstijlinterventie nu in uw ogen?
‘Iedereen doet zijn best om mensen in beweging te krijgen, maar de professionals worden alleen afgerekend op de vraag of deelnemers zijn afgevallen. De financiering is zo beperkt dat het voor de gemiddelde fysiotherapeut niet zo interessant is, want die moet er zoveel voor doen. Je moet heel veel tijd steken in motivatie van mensen, maar die tijd wordt niet gefinancierd. Dan zijn er dus systeemkrachten die zo’n model tegenwerken.’
‘Ik denk ook dat de toekomst niet ligt in dit soort pseudo-medische aanpakken, maar veel meer rond ontwikkeling in de wijk, de gemeente, burgerschap, vanuit professionele coaches. Coaches die in staat zijn om mensen in beweging te laten komen, zich te ontwikkelen en weer successen te beleven.’
‘Fysiotherapeuten hebben daarbij het voordeel dat ze een verbinding hebben met het medische domein via de International Classification of Functioning, Disability and Health (ICF). Dat gaat over het functioneren van mensen en niet alleen over hun medische problemen. De fysiotherapeut is daarin in opgeleid. Het ICF is niet alleen fysiek, maar gaat ook over wonen, schulden, relaties en invloed van de omgeving op je gezondheid. De fysiotherapeut heeft dus een goed kans om daar een rol in te spelen, als hij tenminste ondernemend denkt.’
Waar ziet u de kansen voor de fysiotherapeut?
’Als specialist in het bewegen en functioneren in de wijk heeft de fysio kansen in verschillende sectoren, bijvoorbeeld rondom arbeid. Denk aan bedrijven, die hun medewerkers gezond willen houden. Ondernemers hebben daarvoor ook financiering over. Zij willen hun werknemers zo goed mogelijk laten functioneren. Daar bestaan al gezondheids- en beweegprogramma’s, maar die kunnen verder worden verbreed. Goed functioneren gaat er ook over of je jezelf blijft ontwikkelen, of je goed in je vel zit. Als fysiotherapeut kun je een compleet programma bieden, dat mensen optimaliseert in hun arbeidsvermogen. Het in stand houden van arbeidsvermogen is veel geld waard.’
Fysiotherapeuten werken wel steeds meer samen met psychologen en diëtisten. Wat is dan de route naar dat nieuwe ondernemerschap?
‘Die samenwerking gebeurt meestal binnen het medisch model. Dan zit je heel erg vast aan normen, resultaten, eisen van verzekeraars. Verzekeraars zullen nieuwe initiatieven niet zo snel omarmen. De weg naar aanbod ontwikkelen voor het bedrijfsleven staat fysiotherapeuten volkomen vrij. Ze kunnen met werkgevers gaan praten wat zij nodig hebben. Iedere werkgever zit daarmee, is bang voor verzuim en heeft belang bij het vergroten van het arbeidsvermogen. Dus hoe krijg je goed functionerende medewerkers, die ook nog iets presteren en een groter arbeidsvermogen hebben?’
‘Het arbeidsvermogen vergroten gaat alleen als er aan factoren als autonomie, werkgeluk, zingeving wordt voldaan, maar gaat ook over beweging en persoonlijke ontwikkeling. De professional die dit soort groei kan ondersteunen, hoeft niet alles te weten, maar kan wel zorgen dat medewerkers steeds weer een nieuwe stap gaan zetten.’
‘De fysiotherapeut zou zich kunnen profileren om mensen in het kader van brede gezondheid in beweging te krijgen. Dan ben je een interessante partner voor de gemeente. Je hebt daarbij ondernemerschap nodig als het gaat om positionering, het denken in concepten en je moet je eigen identiteit heruitvinden.’
U zegt dat u met het Big Move-programma deelnemers uit het medisch model wilde laten stappen. Het individu blijft de beheerder van zijn eigen vraag. Hoe werkt dat?
‘We keken met de Big Move niet alleen naar het in beweging krijgen van individuen, maar ook naar het gedrag via een groepsproces. We ondersteunden groepen om de regie van de professionals over te nemen, het ging om eigenaarschap en beheer. Het financieringsmodel liep dwars door de sectoren heen, deels betaald door de gemeente, deels door de verzekeraar en deels door de mensen zelf. Mensen waren ongelooflijk actief en enthousiast en een aantal groepen gingen zonder begeleiding en financiering door, omdat ze heel veel lol hadden samen.’
‘Door de angst van de patiënt wordt deze snel afhankelijk van de arts. Het medisch model lijkt daarmee eigenlijk op een ouder-kindrelatie. Dat moet een gelijkwaardige relatie worden, waarin de hulpvrager aangeeft waar hij naar toe wil en waarmee hij geholpen wil worden. Hij doet dat binnen een veilige groep, daarin ligt de grote ontwikkelkracht van mensen. In een groep kunnen ze dingen leren die ze alleen nooit zouden durven. Als ze het gevoel hebben dat ze het kunnen, durven ze het in de echte wereld ook.’
Partnership ‘Brede gezondheid en de ICF’
Het Bettery Institute is lid van een landelijke publieke private partnership met partijen die nadenken over hoe het begrip ‘brede gezondheid’ geconcretiseerd kan worden in onderzoek. Het gaat om een samenwerkingsverband met onder meer iPH, hogescholen en universitaire medische centra. Louis Overgoor: ‘Dat wordt een centrale plek waarin partijen samen werken, waarbij ook de International Classification of Functioning, Disability and Health (ICF-classificatie) een centraal begrip wordt.’ Meer informatie: www.health-holland.com en www.bettery.nl
Dit artikel verscheen eerder in MedischOndernemen 4 2020.
Bij het thema van dit artikel betrokken organisaties
Meer artikelen met dit thema
InKwala kwaliteitsmanagement voor de fysiotherapie: ‘Meer rust, overzicht en bewaking van de praktijk’
15 mei om 12:00 uur 4 minInKwala is het nieuwe kwaliteitsmanagementsysteem van het Gezonde Net en Fys’Optima dat…
Sophie Brühl (Buurtdokters) en haar ‘wake up call’ voor de huisartsenzorg: ‘Meer ruimte voor praktijkmanager nodig’
8 mei om 14:15 uur 6 minSophie Brühl, huisarts en mede-initiatiefnemer van Buurtdokters, gaat tijdens de Dag van de…
Janneke de Jong, Buitenfysiotherapeut: ‘Ik wil iets neerzetten dat een kleine footprint heeft’
11 apr om 15:45 uur 5 minJanneke de Jong-de Vries noemt zich sinds twee jaar ‘De Buitenfysiotherapeut’. Als praktijkruimte gebruikt ze…
Huisarts Annemieke Commissaris zoekt maat voor ‘positief gezonde’ praktijk: ‘Rust en ruimte voor langdurige relatie met patiënt’
11 apr om 15:15 uur 5 minHuisarts Annemieke Commissaris plaatste onlangs een oproep op LinkedIn voor een maat, om samen als…
Timo Hans over ‘Stress is een kunst’: ‘Bij burn-out is de generalistische aanpak een enorme kracht’
3 apr om 11:38 uur 6 minPhysis Academy heet het opleidingsinstituut dat Timo Hans zeven jaar geleden oprichtte. Met zijn bedrijf wil…
Angstige patiënten verdienen de aandacht
27 mrt om 15:15 uur 4 minJan Henk Nawijn is oprichter van het keurmerk De Lieve Tandarts en schrijft regelmatig blogs voor…
Marit Verschuuren over De Cariësvrije Generatie: ‘Ik wil die eerste boor heel graag voorkomen’
14 mrt om 18:00 uur 5 minMondhygiënist Marit Verschuuren richtte het bureau De Cariësvrije Generatie op voor advies, training en de…
Tandarts Jeffrey Knip (Keijzershof en Ackerswoude): 'Snelle groei dankzij gastvrijheid en goede beleving'
14 mrt om 13:15 uur 5 minJeffrey Knip opende in maart 2018 de Tandartspraktijk Keijzershof in de gelijknamige wijk in Pijnacker-Nootdorp…
Reactie toevoegen