Marnix van der Leest (‘Huisarts op recept’): ‘Noodknop nodig bij de zorgverzekeraar: nu is het jullie probleem’
‘De aanleiding van boek was een oproep van de actiegroep ‘Het Roer Moet Om’, die vroegen om voorbeelden van versnippering van de zorg, waar huisartsen elke dag tegenaan lopen. Ik had net een treurige casus afgesloten van iemand die thuis ernstig zorg tekortkwam. Een oudere dame met slecht zicht, een psychiatrische voorgeschiedenis en ernstig alcoholmisbruik. Een hoofdpijndossier, waar we weken mee bezig waren geweest met de praktijkondersteuner en de thuiszorg. Die casus heb ik daarna in de Volkskrant beschreven. Vervolgens kreeg ik een verzoek of ik een boek wilde publiceren over het vak van de huisarts. Ik wil wel laten zien hoe mooi het vak is, maar ook de lastige kanten waar we tegenaan lopen.’
‘Als je de recente berichten leest in de media dan zie je dat er veel zorgen zijn over de druk bij huisartsen. Hoe kunnen we bijvoorbeeld het probleem van de bezetting van de praktijk rondkrijgen? Dan is het ook goed om het vak nog eens te evalueren. Waar staan we voor en wat kunnen we? We kunnen van alles beter doen. Alleen, ik zou zeggen: er is een grens aan waartoe we in staat zijn, gezien het tekort aan huisartsen dat er al is. Gebruik die huisartsen voor de dingen waar ze het best in zijn: het bieden van persoonlijke, continue zorg aan de patiënt.’
‘Laten we daarom soms ook eens nee zeggen. Ons takenpakket is al heel ruim. Er zijn nu al tekorten aan huisartsen en praktijkondersteuners. Als er nu uitvallers zijn onder doktersassistenten, en ik krijg die niet opgevuld, dan wordt het lastig. Zelf sta ik gelukkig nog overeind. Doordat we hier in een HOED met meerdere praktijken zitten, hebben we ook een groter assistententeam, wat ons flexibeler maakt.’
Wat zijn de grenzen aan goede samenwerking? De slechtziende dame met een alcoholprobleem krijgt u nergens ondergebracht.
‘Daar was de vraag: wie hoort hier de verantwoordelijkheid te nemen? Er zijn allerlei instellingen die zeggen dat deze dame niet in hun setting past. Terwijl ik wist: maakt niet uit welke setting, alles is beter dan het nu is. Het duurde weken voordat we een instelling vonden die bereid was haar op te nemen, terwijl er sprake was van acute problematiek. Als huisartsen stonden we daar alleen in. We kunnen geen enkele instelling dwingen deze vrouw op te nemen, omdat ze ook vastzitten aan regels en indicaties.’
Hoort de oplossing van cases als ‘de alcoholische mevrouw’ of ‘puber zoekt juiste psychologische hulp’ niet eerder bij de zorgverzekeraar of de gemeente?
‘Nou, het liefste zou ik het willen regelen zonder de zorgverzekeraar. De gemeente is verantwoordelijk voor de jeugdzorg. Bij de plaatsing in een verpleeghuis zou er een principe kunnen gelden: als je zorg hebt ‘ingekocht’ bij een verzekeraar, moet die het gewoon regelen. Een zorgverzekeraar zou dan een zorgverplichting hebben en moeten zorgen voor de juiste zorg voor die mevrouw als de directe betrokkenen er niet uit komen. Alleen zo hebben ze zich niet laten zien.’
De volgende keer ligt het weer op uw bordje en begint de zoektocht opnieuw. Het is van de gekke dat u daar uren en dagen mee bezig bent.
‘Als huisarts krijg ik elke dag de patiënt aan de lijn. De verzekeraar voelt niet hoe het is elke dag een uur met de patiënt bezig te zijn. Er zou een noodknop moeten zijn bij de zorgverzekeraar, als je er helemaal niet meer uitkomt. Nu is het jullie zorg en is het jullie verantwoordelijkheid de zorg voor deze patiënt te regelen.’
Marnix van der Leest over 'Huisarts op recept' bij Sebes en Bisseling
De LHV stelt dat er een langetermijnvisie nodig is op zorg en welzijn, kortom samenwerking met het sociaal domein. Kan dat er ook nog bij?
‘Die samenwerking is belangrijk, vooral die langetermijnvisie ben ik het mee eens. Bij de GGZ Jeugd zie je dat er bij gemeentes elk jaar een ander beleid uit rolt. We hebben juist een klare lijn voor de komende tien jaar nodig. Huisartsen moeten hun weg in het sociaal domein nog leren vinden, om mensen erop te wijzen waar ze moeten zijn. Er zijn grote lokale verschillen. Voor mij is het nog een behoorlijke zoektocht.’
Samenwerking lukt vaak alleen als die gefinancierd worden, zeggen veel zorgaanbieders.
‘Er moet echt geïnvesteerd worden om elkaar goed te leren kennen. Juist de problemen die ik beschrijf vereisen dat de samenwerking optimaal is, dat we elkaar weten te vinden en dat er duidelijke en heldere lijnen zijn tussen zorgaanbieders, in de eerste lijn onderling en naar de tweede lijn. Als je beter weet van elkaars dilemma’s en problemen, geeft dat beter inzicht en leidt dat ook tot beter samenwerken.’
Dit is een gedeeltelijke voorpublicatie van het interview met Marnix van der Leest, dat in MedischOndernemen 4 verschijnt. Meer informatie over het boek ‘Huisarts op Recept’ vindt u bij de Arbeiderspers.