‘Verduurzamen van mondzorgpraktijk’ nieuw speerpunt van KNMT
De inzet op duurzaamheid is in de ogen van Brands niet meer vrijblijvend. Hij kondigt daarom een praktijkwijzer ‘Verduurzamen in de mondzorgpraktijk’ aan. ‘Als praktijkhouder heb je een onderneming en die heeft een bepaalde 'footprint'. Iedereen wordt moreel geacht die footprint zo klein mogelijk te houden. Daarnaast hoor ik de laatste tijd van tandartsen die bezoek hebben gehad van de overheid die in de praktijk gekeken heeft naar duurzaamheidsaspecten. Aantal ledlampen, scheiding van afval, dat soort dingen. Veel leden willen van de KNMT weten wat ze kunnen doen om hun praktijk te verduurzamen.’
Samenwerking bevorderen
Ook het bevorderen van samenwerking behoort tot de speerpunten. ‘Mondzorg is teamwork’, stelt Brands en verwijst naar het ABC-model voor assisterenden. ’We gaan in samenwerking met leden en stakeholders een position paper opstellen over de organisatie van de mondzorg in de toekomst.’ Onderwerpen die daarin aan bod komen zijn taakverdeling in de mondzorg, samenwerkingsvormen tussen praktijkhouders en zelfstandigen en ketenvorming versus de houdbaarheid van kleinschalige mondzorgpraktijken.
Ook de positie van zzp’ers krijgt extra aandacht, aangezien ze volgens de KNMT een ‘smeeroliefunctie’ vervullen als extra of vervangende capaciteit nodig is. Samen met andere beroepsorganisaties zet de vereniging zich in voor het behoud van flexibele samenwerkingsvormen. Bijvoorbeeld door in te zetten op vernieuwing van de modelovereenkomsten en de mogelijkheden binnen de regelgeving beter te benutten.
Regeldruk beperken
Tegelijk wil de KNMT zich inzetten voor het beperken van de regeldruk. Dat doet de vereniging samen met andere organisaties in de eerste lijn. De samenwerking met zowel andere mondzorgkoepels als eerstelijnsorganisaties in de Eerstelijnscoalitie in coronatijd is de KNMT ‘heel goed bevallen’. Het belangrijkste aandachtspunt is de zorgvuldige invoering van de Wet toetreding zorgaanbieders (Wtza), met speciale aandacht voor de eisen aan openbare financiële verantwoording.
Ook komt de KNMT op voor proportionele nieuwe wetgeving die zorgfraude moet tegengaan, in het bijzonder de Wet bevorderen samenwerking en rechtmatige zorg (Wbsrz). Die wet mag geen negatieve gevolgen hebben voor welwillende zorgaanbieders en hun patiënten.
Jongste jeugd vaker naar tandarts
De vereniging wil bevorderen dat de groep jongste jeugd die naar de tandarts gaat in 2022 met 2,5 procent stijgt. Daarom ondersteunt ze tandartsen die lokaal betrokken zijn bij op kinderen gerichte projecten, zoals die met mondzorgcoaches op het consultatiebureau. Daarnaast werkt de KNMT samen met de jeugdgezondheidszorg aan het vernieuwen van de mondzorgrichtlijn die consultatiebureaus gebruiken en wordt de publiekscampagne ‘Een gezond gebit is kinderspel’ voortgezet.
Tandartsentekort tegengaan
Ook het tekort aan tandartsen staat hoog op de agenda. Dat onderwerp ligt volgens Brands nu op het bordje van het ministerie van Onderwijs. ‘Er wordt nog steeds onderhandeld dus we houden goede hoop, maar we moeten wel alle zeilen bijzetten. Veel meer kan ik er niet over zeggen.’
Goed speerpunt! Denk hierbij ook aan de duurzame inzetbaarheid van mondzorgverlener zelf. O.a. de leeftijd en het aantal jaren dat men werkzaam is, staan in verband met musculoskeletale klachten bij mondzorgverleners. Onderzoek laat zien dat oudere tandartsen die te maken hadden met verminderde inzetbaarheid/arbeidsongeschiktheid aangeven dat zij graag meer stoeluren en langer door hadden willen werken wanneer zij deze beperkingen niet hadden gehad. Klachten van het bewegingsapparaat waren de nr 1 reden voor uitval. Aandacht voor duurzame inzetbaarheid kan daarom een preventief effect hebben op verminderde inzetbaarheid/arbeidsongeschiktheid van mondzorgverleners bij het stijgen van de leeftijd. Jong geleerd is oud gedaan :-)
Ingediend door Jacqueline (niet geregistreerde gebruiker) op vr, 08/04/2022 - 08:40
Reactie toevoegen