Jos de Blok (Buurtzorg) voorziet honderden nieuwe Buurtdokters: ‘Huisartsenpraktijk wordt zo weer behapbaar’
Jos de Blok richtte Buurtzorg Nederland op in 2007, als organisatie voor wijkverpleging zonder managementlagen op basis van zelfsturende teams, om zo beter aan te sluiten op de problemen van patiënten. De afgelopen vijftien jaar groeide het bedrijf, met het hoofdkantoor in Almelo, uit tot een succesvolle organisatie met 10.000 wijkverpleegkundigen en 5000 huishoudelijke medewerkers. Buurtzorg biedt daarnaast jeugdzorg met Buurtzorg Jong en psychiatrische zorg met BuurtzorgT, een onderdeel met ongeveer 700 psychiatrisch verpleegkundigen, psychiaters en psychologen. Ook telt de organisatie partners in 25 landen. ‘Veel bedrijven gebruiken Buurtzorg als inspiratiebron, omdat we een van de meest succesvolle voorbeelden zijn’, aldus De Blok.
De nieuwe samenwerking met Buurtdokters volgt uit de grote overeenkomsten tussen beide organisaties, stelt De Blok. ‘Buurtdokters legt de focus op de relatie tussen patiënt en huisarts. Als die relatie goed is en je richt je op een overzichtelijk gebied, waarin je ook de levensloop van mensen kunt volgen en begrijpen, dan werkt dat preventief. Dat merken wij ook bij Buurtzorg, waar we ook op de buurt inzetten. Doordat je de cultuur en de informele netwerken in die buurt kent, weet je wat je kunt verwachten. Je kent de patronen van de generaties, die in families steeds weer kunnen leiden tot soortgelijke problemen.’
‘Als je de schaal behapbaar maakt, wordt het voor huisartsen ook weer aantrekkelijker om een praktijk te beginnen. Ongeveer 50 procent van de huisartsenzorg wordt nu ingevuld door waarnemers, die wél het werk van een huisarts willen doen, maar geen praktijk willen starten. Buurtdokters wil de voorwaarden voor een praktijk zo veranderen, dat ze dat juist wel willen doen.’
De Blok noemt het zorgelijk dat er zo veel huisartsen zijn die hun functie niet op een ‘duurzame plek’ willen vervullen. ‘De financiële prikkels om zzp'er te worden, zijn blijkbaar belangrijker dan een eigen praktijk beginnen, met alle consequenties van dien. We kunnen er niet omheen dat de huisartsgeneeskunde een van de belangrijkste pijlers is van ons zorgstelsel. Als dat niet goed geregeld is, ontstaan er plekken waar je soms een paar weken moet wachten voordat je een consult krijgt. Soms weet je ook niet wie je dan krijgt. Dat vind ik zorgelijk.’
Buurtdokters richt bij nieuwe praktijken een maatschap op waarbij de praktijkhouder de leiding houdt. De bedrijfsmatige kant neemt Buurtdokters over onder leiding van een praktijkmanager. (‘Dokteren voor de buurt, niet voor een keten’, 23 maart 2023) Is dat niet het grote verschil met de zelfsturende teams van Buurtzorg zonder managers?
‘Dat is inderdaad een ander model, maar we kijken nu samen hoe we die twee zo goed mogelijk op elkaar kunnen laten aansluiten. De praktijken en de mensen die er werken krijgen straks ook trainingen over zelfsturing. We kijken dus hoe we vanuit die principes gaan werken en de beide modellen kunnen vermengen. Bij de opzet van elke praktijk bekijken we wat de rollen zijn die de wijkverpleging in kan vullen.’
‘We willen de voordelen van zelfsturing ook in huisartsenpraktijken benutten. Uiteindelijk is het ook in het voordeel van praktijkhouders dat de overhead minder kost. Als het aantal praktijkmanagers lager wordt, dan hou je uiteindelijk gewoon meer over en is het ook financieel aantrekkelijker. Dat vraagt andere patronen van werken en daar nemen we rustig de tijd voor.’
Buurtdokters zegt in Zorgvisie dat ze niet wil standaardiseren en geen rigide concepten wil. Is een belangrijk verschil met Buurtzorg niet dat in een huisartsenpraktijk de praktijkhouder de leiding heeft en er dus niet één soort praktijk bestaat?
‘Als praktijkhouder kun je op verschillende manieren leiding geven, bijvoorbeeld vanuit een meer coachende rol. In zo’n model worden de verbindingen tussen Buurtzorg en Buurtdokters een stuk makkelijker, denk ik. Belangrijk is ook de schaalgrootte: als die kleiner is, is het informeel ook makkelijk te overleggen. Hoeveel management heb je dan nog nodig? Ik ben zelf ooit manager geweest van een gezondheidscentrum. Ik zei tegen die huisartsen: “Wat is er voor nodig om mij zelf overbodig te maken?” Toen bleek dat ik daar twee jaar voor nodig had en toen kon alles prima zonder mij.’
‘Allerlei taken kun je onderling verdelen, door niet alles bij één persoon te beleggen, maar over de verschillende functies in de praktijk te verdelen. Zo werkt het bij de zelfsturende teams van Buurtzorg en dat kan ook bij huisartsenpraktijken. Dat gaan we onderzoeken en daar trekken we de tijd voor uit. We bekijken dat vanuit de verantwoordelijkheid van Buurtdokters. Ik ben alleen betrokken als investeerder en probeer een aandeel te leveren. De verantwoordelijkheid ligt duidelijk bij Sophie Brühl, directeur van Buurtdokters. Zij doet dat overigens fantastisch.’
U zei: ‘Huisartsen hebben de neiging om alles binnen de huisartsenzorg op te lossen.’ Huisartsen zijn toch poortwachters die naar alle kanten verwijzen?
‘Ik bedoelde niet zozeer de verwijzingen, maar de organisatorische kant. Als je dingen wilt regelen, heb je vaak de neiging alle zoveel mogelijk binnen die praktijk te regelen, daar heb je dan de regie over. Dan bedenk je misschien niet dat je ook gebruik kunt maken van wijkverpleegkundigen. Daar moet je dan wel wat extra dingen voor regelen. De huisarts denkt al snel: ik word betaald voor een praktijkondersteuner, dus neem ik zo’n ondersteuner. Terwijl die rol ook te vervullen is door een wijkverpleegkundige.’
‘In de buurt werken verschillende mensen, maar het zijn vaak gescheiden circuits. De wijze waarop zij betaald worden, bepaalt in hoge mate hoe je het met elkaar regelt. Je rekent gewoon als huisarts af met de verzekeraar. De neiging om het binnen in je eigen circuit te regelen, is heel groot. Als je weet dat er wijkverpleegkundigen rondlopen in de wijk, zoals diabetes- of COPD-verpleegkundigen, kun je die ook een paar dagdelen inzetten als praktijkondersteuner. Er zijn wel huisartsen die dat doen, voor wie wij de detachering voor een paar dagdelen regelen. Dat is voor hen gunstig, want ze hebben dan geen organisatieproblemen én kunnen tegen relatief lage kosten iemand inhuren. Iemand die zelf ook in de wijk werkt, allerlei lijntjes legt en bij patiënten op bezoek gaat.’
Op hoeveel plekken krijgt dit nu al concreet vorm?
‘Buurtdokters heeft inmiddels zo’n twintig aangesloten praktijken. Ook zijn er praktijken waarmee gesprekken lopen over aansluiting. Bij alle praktijken gaan we kijken welke verbindingen er mogelijk zijn en hoe ze gebruik kunnen maken van de zelfsturingsprincipes. Het belangrijkste is natuurlijk om op één lijn te komen qua visie, werkwijze en ondersteunde kwesties. Daar hebben we veel tijd in gestopt. Dat hebben we nu allemaal vertaald naar hoe het bij die huisartsenpraktijken is toe te passen. We kunnen nu stappen zetten in de samenwerking, wat bij nieuwe praktijken makkelijker is. Bij bestaande praktijken kijken we of het zinvol is om dingen aan te passen.’
In Zorgvisie zegt u: ‘Als Buurtdokters flexibiliteit en samenwerking kan opbouwen de komende drie tot vijf jaar, dan verwacht ik dat er honderden praktijken Buurtdoktors bij komen.’ U verwacht dat dit model voor veel dokters aantrekkelijker is?
‘Ja, het is aantrekkelijker voor veel huisartsen om onder die voorwaarden een praktijk te houden. Daarnaast hebben we de steun van de verzekeraars. Zij zien het model als een mogelijke oplossing voor de problemen die zich op allerlei plekken voordoen met de capaciteit, waar geen huisarts meer te vinden is. We merken dus dat we aan alle kanten steun krijgen voor het idee.’
U zegt ook dat de bekostiging eenvoudiger wordt en er ook makkelijker afspraken te maken zijn met zorgverzekeraars. Hoe werkt dat?
‘Dat is wat we ooit bij Buurtzorg gedaan hebben. We wilden een vereenvoudiging van de afspraken en dat is gelukt. Omdat wij één tarief krijgen voor wat we doen en daar ook de administratie voor moeten doen, wordt de tijd voor administratie ook teruggedrongen. Financieel blijft het hetzelfde, voor wat de verzekeraar kwijt is en wat je als praktijk krijgt. Tegelijk heb je minder mensen nodig om hetzelfde te doen. Zo gaat iedereen er op vooruit.’
‘Bij Buurtzorg bleek in de loop der jaren dat ons model aantrekkelijk is voor verzekeraars. Het heeft een enorm positieve impact gehad op de kosten per patiënt. Het gaat dus niet alleen om de kosten van de praktijk. Door deze werkwijze én doordat problemen eerder onderkend worden en anders opgelost worden, leidt het ook tot een daling van de kosten per patiënt. Ons model heeft dus op alle vlakken voordelen. Als je dat op een bepaalde schaal doet, is dat voor een verzekeraar heel aantrekkelijk. Evenals voor de huisartsen, die financieel goede voorwaarden hebben en goede secundaire voorwaarden, zoals de wens om parttime te kunnen werken. Als je een praktijk begint, is dat heel aantrekkelijk.’
Bij commerciële ketens zie je nu dat het vaak om grote investeringen gaat. U investeert als grote zorgenorganisatie ook in een andere zorgenorganisatie. Wat is dan het verschil? Hoe verantwoordt u dat tegenover de overheid en verzekeraars?
‘Ja, we verantwoorden alles. Als je dingen doet vanuit een maatschappelijk perspectief, dan moet je transparant zijn over wat je doet. We gaan niet voor de hoogste rentabiliteit maar voor een maatschappelijk verantwoorde onderneming. Dat moet transparant zijn en redelijke vergoedingen opleveren voor iedereen die daarin risico's neemt. Het moet niet geld gedreven zijn, maar een maatschappelijke bijdrage leveren.’
Blijven huisartsen in dit model ook daadwerkelijk praktijkhouder en ondernemer?
‘Zeker, maar je kunt ondernemer zijn of maatschappelijk ondernemer. We zetten dit op vanuit een duidelijk maatschappelijk doel, geen commercieel doel. Wat je natuurlijk ziet, is dat er bij nieuwe ketens wel een commerciële drijfveer achter zit. Buurtdokters willen als maatschappelijk ondernemer hun verantwoordelijkheid nemen. Dat is hier de basis.’
Dit is een voorpublicatie van het complete artikel, dat binnenkort in MedischOndernemen-magazine verschijnt.
Verder lezen:
- Huisarts Sophie Brühl over ‘Buurtdokters’: ‘Dokteren voor de buurt, niet voor een keten’, MedischOndernemen, 23 maart 2023
- Hoe Buurtdokters huisartsen weer laat dokteren, Zorgvisie, 4 augustus 2023
- Jos de Blok: 'Binnen een paar jaar zijn er honderden Buurtdokters', Zorgvisie, 4 augustus 2023
Meer artikelen met dit thema
Huisarts Marnix van der Leest over de inzet van een regiearts: ‘Patiënten merken dat we meer ruimte hebben gecreëerd’
29 feb om 13:45 uur 5 minMarnix van der Leest is huisarts bij Korte Geer, drie huisartsenpraktijken onder een dak in Leusden. De…
In4care wil ‘Health Arena’s’ in heel Vlaanderen: ‘Radicale omslag naar preventie’
22 feb om 13:00 uur 5 minDirecte Toegang Fysiotherapie: de manier om patiënten wél op korte termijn te zien
15 feb om 15:00 uur 4 minMidden in de coronacrisis schreef fysiotherapeut Gideon de Haan blogs bij MedischOndernemen over zijn…
Open Future-congres: ‘Fysiopraktijk die kosten beheerst, kan keurige marge halen van 15%’
14 feb om 15:00 uur 5 minBij het congres ‘Redelijke verdiensten - Hoe?’ op 25 januari in Arnhem liet ondernemersadviseur Brigitte Vogels…
Belangrijke belastingaftrekposten voor medisch specialisten
14 feb om 15:00 uurAls medisch specialist wilt u zich vooral kunnen richten op het verlenen van zorg aan uw patiënten, zonder u…
‘Therapie in eigen taal bij arbeidsmigranten voorkomt arbeidsuitval’
14 feb om 14:45 uur 3 minBijna één miljoen arbeidsmigranten zijn actief in Nederland, voornamelijk in sectoren zoals logistiek,…
Inspectie oordeelt positief over hybride praktijk DocLine Utrecht
8 feb om 12:15 uur 4 min'Health Arena' als nieuw gezondheidscentrum van de toekomst?
7 feb om 15:30 uur 4 minDe Health Arena van het Belgische in4care is een nieuw zorgconcept voor een innovatief…
Ben 40 jaar huisarts , “ family doctor”geweest .Belangrijk is : ,huisartengeneeskunde is levensloopgeneeskunde en niet alleen acute geneeskunde en dat kun je alleen als je je Patienten over jaren kunt vervolgen.
Ingediend door Gerrit Oever ten (niet geregistreerde gebruiker) op vr, 01/09/2023 - 12:07
Mijn eeneiige tweeling zus en ik zijn geboren 16 september 1940.
Te vroeg, te klein, eigenlijk couveuse babies. De huisarts van mijn moeder heeft mijn moeder en ons de oorlog doorgeholpen.
Mijn vader was KNIL - officier, mocht van De Duitsers bij de bevalling zijn , werd toen daarna afgevoerd naar Colditz. Zat 5 jaar gevangen.
Ik heb voor mijn moeder gezorgd, terwijl mijn echtgenoot nierfalen had.
In 2013 stierf mijn moeder en heind 2013 moest mijn man beginnen met dialyseren. De Buurtzorg verpleging in Nijmegen had ik al eerder ingeschakeld voor haar .
Dat was Gert Fleer met een geweldig team.
Mijn man stierf in 2017. Voor hem had ik hulp van Buurtzorg Zijpe.
In 2008, na mijn heup operatie voor mezelf.
Nu heb ik voor huishoudelijke hulp Buurt Diensten. Ben ik erg blij mee.
Veel succes met de ontwikkeling van de Buurt Dokters.
Ingediend door J.E.B.van der … (niet geregistreerde gebruiker) op ma, 24/06/2024 - 11:56
We hebben geen huiarts meer in Anna Paulowna
HELP
Ingediend door Gé de Grooth (niet geregistreerde gebruiker) op zo, 07/07/2024 - 08:06
Wat kan Jos de Blok in Anna Paulowna doen??
Ingediend door Gé de Grooth (niet geregistreerde gebruiker) op zo, 07/07/2024 - 08:08
Reactie toevoegen