4e Klein Bedrijf Index Fysiotherapie: ‘54 procent van de praktijkhouders denkt aan stoppen – een schokkend aantal’
De Kleinbedrijf Index (KBI) Fysiotherapie is gebaseerd op de data van 323 fysiopraktijken, verzameld tussen september en oktober 2024. Het onderzoek schetst de stand van zaken in de sector en biedt beleidsaanbevelingen. Uit deze KBI Fysiotherapie blijkt dat 54% van de praktijkhouders het afgelopen jaar regelmatig heeft overwogen om te stoppen, terwijl 17% daadwerkelijk bezig is met de verkoop van hun praktijk. Deze cijfers zijn beduidend hoger dan in andere mkb-sectoren (31%). Fysiotherapeut en onderzoeker Rutger IJntema, werkzaam bij HU Lectoraat Financieel Economische Innovatie, licht de resultaten toe.
Nederland telt ruim 10.000 fysiotherapiepraktijken. Er reageerden 828 praktijken, waarvan er uiteindelijk 323 praktijken meededen aan jullie onderzoek. In hoeverre is deze respons representatief voor de sector?
Rutger IJntema: ‘Het klopt dat 323 praktijken slechts een fractie van het totaal vertegenwoordigen, toch is het mooi percentage. We hebben een goede spreiding van praktijkgrootte, regio’s, type praktijken en de man-vrouw verhouding. Hierdoor zijn de uitkomsten representatief genoeg om trends en knelpunten in de sector te signaleren.’
Een opvallend cijfer uit de KBI Fysiotherapie is dat 17 procent van de praktijkhouders daadwerkelijk bezig is te stoppen. Van de overige 83 procent denkt 54 procent wel eens aan stoppen. U noemt het getal in het rapport schokkend, maar is het ook verrassend?
‘Dit is inderdaad schokkend. Het laat zien dat de sector onder grote druk staat. Fysiotherapeuten hebben te maken met hoge administratieve lasten, een lage waardering voor hun werk en stijgende kosten. Dit zorgt voor veel stress en twijfel over het ondernemerschap. Het betekent ook vertaald naar de hele beroepsgroep van 10.000 praktijken, zo’n 1700 praktijkhouders concrete stappen zetten om hun praktijk te verkopen.’
Het ondernemersvertrouwen is min 8. De vorige KBI Fysiotherapie liet zien dat omzetten in de branche waren gestegen (zie: Derde Kleinbedrijf Index Fysiotherapie: Praktijken zonder medewerkers en dorpen behalen hoogste nettomarges, 27 juni 2024). Waar komt deze negatieve stemming dan vandaan?
‘Hoewel de omzetcijfers verbeterd zijn, voelen veel praktijkhouders dat deze groei niet opweegt tegen de stijgende kosten en administratieve verplichtingen. Bovendien speelt de onzekerheid rondom zorgcontracten een grote rol. Veel ondernemers hebben het gevoel dat hun autonomie wordt aangetast. Bovendien vrezen velen dat ze komend kwartaal minder omzet halen.’
De omzet groeide de afgelopen periode juist gestaag en praktijken halen steeds meer omzet buiten het zorgverzekeraarscontract, namelijk 20 procent. Toch hebben ze minder vertrouwen in het ondernemerschap?
‘Dat is een paradox die we vaker zien. De inkomsten buiten het aandeel van de zorgverzekeraars groeien, maar de afhankelijkheid van deze contracten blijft groot. Bovendien is de groei van de omzet vaak nodig om simpelweg de stijgende kosten te dekken. Dat geeft weinig ruimte voor investeringen of innovatie, wat het vertrouwen in de toekomst beperkt. Dat vertrouwen is voor ondernemers heel belangrijk. Uit ander onderzoek blijkt bijvoorbeeld dat het slechts 6% van de praktijkeigenaren de zorgverzekeraar, toch hun belangrijkste samenwerkingspartner, vertrouwt.’
Wat zijn de gevolgen van minder ondernemerschap in de fysiotherapie?
‘Minder ondernemen betekent dat ondernemers minder risico’s nemen, minder aan innovatie doen en minder flexibiliteit om in te spelen op de behoeften van patiënten. Dit kan uiteindelijk leiden tot een verschraling van de zorg. Als praktijkhouders afhaken, heeft dat bovendien gevolgen voor de toegankelijkheid van fysiotherapie, zeker in minder dichtbevolkte gebieden.’
Is de groep die wil stoppen niet vooral de oudere praktijkhouder?
‘Nee, we zien dat deze gevoelens spelen in alle leeftijdsgroepen. Natuurlijk zijn er oudere praktijkhouders die richting hun pensioen nadenken over stoppen, maar ook jonge ondernemers ervaren de druk en vragen zich af of ze dit werk nog jarenlang volhouden. Als die financiële zekerheid buiten de praktijk groter wordt dan binnen de praktijk, kan de praktijk verkopen of stoppen een serieuze optie worden.’
Is er een verschil in de bereidheid om te stoppen tussen grote en kleine praktijken?
‘Ja, die is er. Kleine praktijken hebben vaak meer moeite om de administratieve lasten en stijgende kosten te dragen. Aan de andere kant hebben grotere praktijken soms te maken met complexere interne structuren, wat ook tot druk en stress kan leiden. Praktijkeigenaren met personeel zijn eerder geneigd met hun praktijk te stoppen, als ze het buiten hun praktijk beter kunnen krijgen. Beide groepen hebben dus hun eigen uitdagingen.’
Wat zijn de belangrijkste uitdagingen voor de toekomst van de fysiotherapiesector?
‘De grootste uitdagingen zijn het verbeteren van de samenwerking met zorgverzekeraars, het verminderen van administratieve lasten en het verhogen van de tarieven. Daarnaast moeten praktijkhouders blijven inspelen op veranderingen in de zorgvraag, zoals de vergrijzing en de toenemende behoefte aan preventieve zorg. Kleinere praktijken presteren financieel wel beter, maar zullen door hun omvang minder ruimte hebben om te investeren in innovatie. De bereidheid om te innoveren is nu veel lager dan in de vorige Klein Bedrijf Index Fysiotherapie. De praktijkeigenaar zal los moeten komen van de zorgverzekeraar-systematiek en meer moeten gaan ondernemen. Tot nu toe blijkt in elk geval niet dat er vanuit de politiek meer geld naar de fysiotherapie gaat.’
De Tweede Kamer heeft recent een motie aangenomen over een minimumtarief voor fysiotherapeuten. Wat betekent dit voor de sector?
‘Een minimumtarief zou een belangrijke stap kunnen zijn om de financiële druk op fysiotherapeuten te verlichten. Het wordt tijd voor een cao fysiotherapie en dat kan alleen maar als er een minimumtarief is. Het is echter geen wondermiddel. Er moeten ook maatregelen komen om de werkdruk en administratieve lasten te verminderen. Bovendien betekent een minimum tarief voor werknemers nog niet dat er dan wel ruimte ontstaat voor noodzakelijke innovaties.’
‘We zien van twee kanten het signaal in de branche: werknemers die beginnen af te haken en die praktijkhouders die beginnen ook aan stoppen te denken. Beleidsmakers moeten dus zorgen voor een eerlijk speelveld, waarin fysiotherapeuten de ruimte krijgen om zich te concentreren op de zorg in plaats van zich bezig te moeten houden met nog meer regelgeving. Het gesprek met zorgverzekeraars moet bovendien constructiever worden, zodat beide partijen profiteren van een betere samenwerking.’
Tot slot, wat is uw belangrijkste conclusie uit de KBI Fysiotherapie?
‘De sector staat op een kruispunt. Als we nu geen actie ondernemen, lopen we het risico niet meer uit de neerwaartse spiraal te komen. Ook de politiek dient zich actief bezig te gaan houden met de continuïteit van de eerstelijnszorg en de fysiotherapie in het bijzonder. Een hoog percentage praktijkhouders is al bezig de deuren te sluiten of denkt regelmatig aan stoppen. Er is meer aandacht nodig voor de bedrijfsmatige kant van fysiotherapiepraktijken. Om die te versterken is niet alleen innovatie vanuit de branche zelf nodig, maar ook ondersteuning van ondernemers om hun praktijken levensvatbaar te houden.’
Promotie Rutger IJntema: ‘Een raamwerk voor waardegedreven zorg’
Rutger IJntema promoveert op 22 januari in Utrecht op een onderzoek rond de vraag: hoe kunnen eerstelijns fysiotherapiepraktijken, vaak kleine organisaties in woonwijken, meer impact maken binnen het gereguleerde zorgsysteem dat lage kosten en hoge kwaliteit eist? IJntema presenteert in zijn proefschrift een raamwerk voor waardegedreven zorg, waarin patiënt- en stakeholdergerichte resultaten centraal staan, ondersteund door de verandercapaciteit van de praktijk. Meer informatie bij Hogeschool Utrecht: Promotie Rutger IJntema
4e Klein Bedrijf Index Fysiotherapie: opvallende resultaten
De Klein Bedrijf Index Fysiotherapie is een initiatief van Stichting Keurmerk Fysiotherapie, Hogeschool Utrecht, Koninklijk Nederlands Genootschap Fysiotherapie, Werkgeversvereniging Fysiotherapie en Innovatie Platform Fysiotherapie. De opvallendste resultaten van de vierde Klein Bedrijf Index Fysiotherapie:
'17% is bezig met stoppen'
1. 17% van de praktijkhouders is actief bezig te stoppen. Van de overige 83 procent denkt 54 procent aan stoppen. De belangrijkste redenen voor het overwegen van bedrijfsbeëindiging zijn:
- Financiële onzekerheid: Praktijken ervaren toenemende druk door schulden, lage nettomarges en dalende omzet uit zorgverzekeraarscontracten (80%).
- Regelgevingsdruk: Nieuwe wet- en regelgeving, zoals het handhaven op schijnzelfstandigheid vanaf 2025, draagt bij aan stress en onzekerheid.
- Werkdruk: Hoge stressniveaus (gemiddeld 54 op een schaal van 100) en personeelsuitdagingen bemoeilijken de dagelijkse bedrijfsvoering.
Toekomstscenario’s en uitdagingen
Bij ongewijzigde marktomstandigheden is het onwaarschijnlijk dat alle praktijken blijven voortbestaan. Belangrijke belemmeringen voor continuïteit zijn:
- Personeelstekorten: 40% van de praktijken meldt problemen op dit vlak, vergeleken met 16% in het overige mkb.
- Hoge energiekosten: 43% van de praktijkhouders noemt dit als een knelpunt.
- Gebrek aan kapitaal: 16% heeft behoefte aan extra financiële middelen.
Meer weten?
- Rutger IJntema bij Hogeschool Utrecht, LinkedIn en MedischOndernemen
- Vierde Kleinbedrijf Index Fysiotherapie december 2024, 3 januari 2025
- Derde Kleinbedrijf Index Fysiotherapie: Praktijken zonder medewerkers en dorpen behalen hoogste nettomarges, 27 juni 2024
- Weinig verschillen tussen fysiopraktijken: Bedrijfsresultaat verbeterd, investeringsbereidheid gedaald, 14 december 2023
- 'Fysio-organisaties met een gevarieerd netwerk zijn innovatiever', 13 juli 2023
- Rutger IJntema: ‘Innovatie in de fysiotherapie moet maatschappelijke vraagstukken helpen oplossen’, 28 november 2019
Meer artikelen met dit thema
Duurzaamheid in de zorg: welke stappen zet u?
19 dec 2024 3 minIn deze blog hebben we het over duurzaamheid in de zorg. Duurzaamheid wordt steeds belangrijker in de huidige…
One Minute Coaching van Victor Mion: ‘Ga coachen in plaats van helpen'
9 dec 2024 5 minVictor Mion heeft een achtergrond als coach van toptennissers in de jaren ‘90. Tegenwoordig vertaalt hij zijn…
Tandartspraktijk Maas en Waal: ‘Je kunt pas helpen als je goed kunt luisteren’
5 dec 2024 3 minEen ontspannen sfeer, persoonlijke aandacht en hoogwaardige zorg. Dat is waar tandartspraktijk Maas en Waal in…
Michel van Schaik (Rabobank) over de zorg en eerste lijn in 2040: ‘Bouw geen ziekenhuis of praktijk, maar een vitaliteitscampus’
19 nov 2024 8 minMichel van Schaik, directeur gezondheidszorg bij de Rabobank, blikt vooruit naar de zorg in 2040. Samen met…
Hoogste tijd voor verandering en erkenning: in de eerste lijn en de hele fysiotherapie
15 nov 2024 5 minEerlijke beloning voor eerstelijnswerkers in de fysiotherapie is al jaren een punt van discussie. De tarieven…
Lunchwebinar MO Actueel: ‘Handhaving op de wet DBA. Wat betekent dat voor praktijkhouders, praktijkmanagers en zelfstandigen?'
8 nov 2024 3 minTijdens het lunchwebinar MO Actueel op 26 november staat de vraag centraal: ‘Handhaving op de…
Praktijkhouder Alexander Tolmeijer pleit voor aanpassing van de Wet VBAR: ‘Zzp’ers zijn de olie van de mondzorg’
23 okt 2024 6 minAlexander Tolmeijer, tandarts-praktijkhouder, jurist en directeur van adviesbureau Dentiva, voorziet onrust als…
Fysiotherapie voor een langdurig gezonde levensstijl: ‘De omslag van praktijk naar beweegplatform werkt als vliegwiel’
23 okt 2024 6 minHoe kunnen praktijken innoveren en groeien in de fysiotherapie? Jurian Donders vertelt over een totaaloplossing…
Reactie toevoegen