Mike Scholten over herstart fysiotherapie: ‘De situatie is nog niet helemaal de oude, maar al een stuk beter'

‘Fysiotherapeuten zijn blij met de herstart, omdat ze hun vak weer kunnen uitoefenen’, vertelt Mike Scholten. Vanwege de ligging kreeg Fysiotherapie Rosmalen al in een vroeg stadium te maken met de coronacrisis en moest ze snel besluiten maken, waaronder een vroege sluiting van een van hun locaties. Sinds maandag is de praktijk weer geopend. ‘Het is lastig om te bepalen wie als eerste weer mag starten, maar het is logisch dat de zorg voorrang krijgt. Alle eerstelijns praktijken hadden volgens mij tegelijk open gekund.’

Jullie zitten dicht bij het centrum van de epidemie. Denk je dat het veilig is om de zorg weer op te pakken?

‘Ja, als je de regels goed in acht neemt, zoals de hygiëne protocollen en de richtlijnen van het RIVM en KNGF. Zij spreken met deskundigen en geven de richting voor praktijken aan. Die richtlijnen volgen wij en vullen wij aan met onze eigen visie. Wel wijzen wij patiënten erop dat je een risico neemt als je de deur uitgaat. Of dat nu naar de supermarkt is of naar de fysiopraktijk. Natuurlijk richt de zorg zich altijd al scherp op hygiëne, waardoor je een stuk minder risico loopt in de praktijk dan in de supermarkt.’

Bestaat er onder medewerkers ook angst voor besmetting?

‘Medewerkers zijn heel blij om weer aan het werk te gaan, maar zijn zich ook bewust van wat er nu speelt. Ze beseffen de risico’s en houden zich goed aan de maatregelen. Het beleid met nieuwe richtlijnen is naar het team gecommuniceerd. Als iemand zich daar niet prettig bij voelde, gaven wij de ruimte om langer te wachten met fysiek contact. Gelukkig staat iedereen achter ons beleid.’

KNGF introduceerde een triage plan en een toolkit. Welke aanvullende maatregelen heeft de praktijk getroffen?

‘Wij hanteren in de grote lijnen de richtlijnen van het KNGF. Op onze locatie staan stippen op de grond om 1,5 meter aan te geven. Daarnaast werken wij nu met zones en wordt iedere patiënt meteen naar de behandelruimte van hun therapeut begeleid. Zo hoeven fysiotherapeuten niet aldoor naar een grote wachtruimte waar iedereen bij elkaar zit en vermindert het ook de risico’s voor de patiënt.’

‘Daarnaast creëerden wij een trainingsruimte voor revalidatie op een van onze locaties. Hier is veel ruimte, waardoor wij goed afstand kunnen bewaken tussen patiënt en therapeut. Verder zijn de agenda’s nog niet helemaal vol en werkt een beperkt aantal therapeuten op locatie. Wij vragen patiënten om exact op tijd te komen en anders even buiten of in hun auto te wachten. Maar wij maken vooral nog veel gebruik van e-health waar dat mogelijk is. Wij drukken patiënten op het hart dat het nog niet zo gaat als voor de coronacrisis. Nog niet alles is zoals normaal, maar het is beter dan vorige week.’

Uit een enquête van Werkgevers Vereniging Fysiotherapie bleek dat 56 procent van de praktijken zou omvallen als steun in mei uitbleef. Waren jullie hier ook bang voor?

‘Door over te stappen op e-health draaiden wij nog maar twintig procent van onze omzet en dat daalde afgelopen week zelfs naar tien procent. We moeten geleidelijk opschalen naar noodzakelijke zorg. Ik verwacht niet dat wij binnen een aantal maanden op 100 procent draaien. Toch waren wij niet bang dat wij zouden omvallen. Wel is er door het uitblijven van duidelijkheid over de continuïteitsbijdrage meer onzekerheid. Op dit moment teren wij nog op reserves, dus het blijft spannend.’

Hoe ga jij als praktijkmanager om met de herstart?

‘Het kabinet neemt een besluit op hoofdlijnen, de problemen in de concrete uitwerking van dit besluit zijn vooraf niet allemaal te voorspellen. Zo werkt dat op kleinere schaal binnen onze praktijk ook. Je gaat uit van protocollen en richtlijnen, maar hebt te maken met individuele patiënten en therapeuten. Ik krijg bijna elke dag vragen van medewerkers over de nieuwe maatregelen. Mensen willen houvast en richting. Daar moet de praktijkmanager voor zorgen. Je moet jezelf informeren en op basis daarvan maak je een inschatting en werk je uit wat het voor het team betekent.’

Foto: Mike Scholten