Diek Scholten (NVMT): ‘Data-analyse geeft fysio's inzicht in directe omgeving’
Diek Scholten is coördinator in de eerstelijnszorg in Hilversum en Nieuwegein en verenigingsadviseur van de Nederlandse Vereniging voor Manuele Therapie (NVMT). Hij schetst welke mogelijkheden er zijn voor datamanagement in de eerstelijn en in de fysiotherapie in het bijzonder.
Landelijke databronnen
Diek Scholten: ‘Landelijk zijn er 110 bronnen waarin je data kunt vinden over je omgeving, uit onder meer het demografische, sociale en ruimtelijk domein. Met zo’n data-analyse kun je heel goed inzicht krijgen in de specifieke ontwikkelingen in je directe omgeving. Mijn workshop gaat over: wat kun je uit deze dataverzameling leren voor de plannen die je als praktijk wilt ontwikkelen?’
Simpele vragen
Het kan daarbij in principe om simpele vragen gaan, vervolgt Scholten. ‘Bijvoorbeeld over demografische ontwikkelingen zoals vergrijzing. Als je dat weet zou je kunnen investeren in fysiotherapie op het gebied van geriatrie. Een vraag kan ook zijn in hoeverre inwoners in een wijk zelfredzaam zijn of niet. Daar kun je vervolgens een aanbod of ondersteuning voor maken.’
Beleidsinitiatieven
‘Landelijk zijn er verschillende beleidsinitiatieven om inwoners te helpen bij het zelfstandig en zelfredzaam thuis wonen, zoals het ‘Pact voor de Ouderenzorg’, ‘De Juiste Zorg op de Juiste plek’ en ‘Langer thuis’. Heb je bijvoorbeeld inzicht in de demografische ontwikkeling in de wijk waar je werkt dan kun je dat terugvertalen naar bijvoorbeeld een beleidsplan van je praktijk of de samenwerking in de wijk.
Samenwerking disciplines
Scholten bespreekt de mogelijkheden van data-analyse aan de hand van cases in Nieuwegein en Hilversum, uit buurtprojecten waarbij hij zelf betrokken is als coördinator in de eerstelijn. ‘Als je weet in een wijk wat de ontwikkelingen zijn, wie draagt dan wat bij om bewoners te ondersteunen? Je kunt er als fysiotherapeut naar kijken, maar beter nog is het om er samen met andere disciplines naar te kijken. Oudere mensen krijgen te maken met veel verschillende professionals, ook uit het sociale en Wmo-domein. Die psychosociale kant is belangrijk om mee te nemen en iedereen heeft zijn eigen rol.’
Welke leerpunten kwamen er uit de projecten in Nieuwegein en Hilversum?
‘Samen met andere professionals kijken naar de ontwikkelingen in een gebied was voor ons het belangrijkste positieve leerpunt. We gaan niet alleen uit van de harde feiten, maar ook van de zachtere. We kijken naar de profielen van bewoners, aan de hand van de zogeheten DISC-benadering uit het human resource management. Die profielen laten bijvoorbeeld zien welk type persoon iemand is, en hoe ontvankelijk, volgzaam of juist het tegendeel.’
‘Op basis van die profielen kun je de effectiviteit van een interventie beoordelen. Je kunt wel een aanbod doen op het gebied van e-health, maar als bewoners hiervoor niet ontvankelijk blijken, heeft dat niet heel veel waarde. Dat soort data maken dat je kritisch kunt kijken naar je intuïtie en voorkomen dat het resultaat van interventies tegenvalt. Je kunt er dan samen keuzes in maken.’
In hoeverre zijn fysiotherapeuten al gewend om dit soort gesprekken met andere disciplines aan te gaan?
‘Je ziet wel steeds meer wijksamenwerkingsverbanden ontstaan vanuit de regionalisering en de versterking van samenwerking tussen zorg en welzijn. Als je er voor open staat kom je al snel in aanraking met andere partijen, ook binnen gezondheidscentra. Daar moet je wel tijd in investeren. De mogelijkheden zijn er, maar je moet er ook zelf keuzes in maken.’
Vergt het vak fysiotherapeut tegenwoordig ook dat je je grondig in data leert verdiepen?
‘In Hilversum gebruiken we de Woonzorgwijzer, met een aantal lagen data. Daarbij moet je leren kiezen hoe je de juiste data op elkaar stapelt. Alle data zijn beschikbaar, je moet wel leren hoe er mee om te gaan. Op de kaart van de wijk kun je een laag leggen met demografie: hoeveel 75-plussers wonen er en welke trends spelen daarbij? Zijn er voorzieningen voor ouderen en waar ‘vergroent’ de wijk? Een andere laag bevat gegevens over de zelfredzaamheid van mensen buitenshuis. Zijn er interventies nodig als valpreventie? Als je die lagen stapelt zie de relatie tussen de groepen ouderen en de toe- of afname van zelfstandigheid.’
U schetst ook een dilemma: moet een fysio het aanbod aanpassen op de omgeving of vooral samenwerking zoeken?
‘Het is van alles wat. Ouderen in beweging brengen en actief houden is belangrijk om gezondheidsproblemen te voorkomen of uit te stellen. Mijn stelling is: als fysiotherapeut ben je veel te duur voor het activeren van het beweegaanbod. Daar heb je andere partners voor nodig, want je hoeft niet altijd zelf met alle doelgroepen aan de slag te gaan. Als je 70-plussers actief wil houden, kun je als fysio allerlei sportclubjes verzinnen, maar je hoeft die niet allemaal zelf te begeleiden.’
Fysiopraktijk Anno Nu 2020
Diek Scholten geeft de workshop ‘De waarde van data’, bij Fysiopraktijk Anno Nu 2020 op 7 maart in Gebouw ’t Hart in Utrecht. U vindt alle informatie over dit congres hier.
Bij het thema van dit artikel betrokken organisaties
Meer artikelen met dit thema
De balans tussen waarde en prijs
31 okt 2019 3 minCommuniceren in de mondzorg: ‘Communicatie draait om zelfreflectie’
31 okt 2019 4 min‘Een goede praktijkmanager verdient zichzelf terug’
30 okt 2019 3 minMinister Bruins wil meer regie patiënt over eigen dossier
30 okt 2019 3 min‘Stand van de zorg’: NZa vreest voor toegankelijkheid en betaalbaarheid
23 okt 2019 4 minRonde Tafel Tandartsen: 'Ondernemende tandarts moet ketens voor blijven'
23 okt 2019 8 minBeoordelingsgesprekken passé: ‘Help medewerkers beter te worden in hun werk’
22 okt 2019 4 minThieu Heijltjes bespreekt Paul Wormer: ‘De dokter in de vakgroep’
21 okt 2019 4 minEen organisatie zonder hiërarchie werkt niet. Dat schreef ik op mijn flip-over voor mijn gesprek met 5…
Reactie toevoegen