Inspectie onderzoekt kwaliteit van netwerkzorg

woensdag 16 mei 2018
timer 6 min
De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd in oprichting legde in de afgelopen jaren de basis voor het toezicht op zorgnetwerken rond thuiswonende cliënten. De komende jaren breidt de inspectie dit toezicht verder uit. Hoe bepaalt de Inspectie de kwaliteit van multidisciplinaire netwerken?

De zorg voor langdurig zieke patiënten speelt zich steeds meer thuis af en is dan in handen van een netwerk van zorgaanbieders; de huisarts, de fysiotherapeut, de wijkverpleegkundige, de apotheker, de Wmo-hulpverlener et cetera. Ook mantelzorg speelt een steeds grotere rol. Bij de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd in oprichting (IGJ i.o.) realiseerde men zich een aantal jaar geleden dat de kwaliteit van de zorg aan thuiswonende langdurig zieken niet alleen wordt bepaald door de kwaliteit van de individuele zorgprofessionals, maar ook door de kwaliteit van hun samenwerking in het netwerk. Daarom werd twee jaar geleden het team Netwerkzorg opgericht. Heleen Buijze, de coördinator van dit team, en Bertien Winkel, voormalig praktiserend huisarts en nu senior inspecteur eerste lijn, vertellen over het doel en de aanpak van dit team.

 

Totstandkoming toetsingskader

Het team begon, zoals bij de inspectie gebruikelijk, met het opstellen van een toetsingskader. Een toetsingskader is het handvat waarmee de inspectie de kwaliteit van de zorg beoordeelt. “Een toetsingskader is altijd gebaseerd op de regels en de richtlijnen uit het veld”, vertelt Buijze. “Maar hoe stel je nou een toetsingskader op voor netwerkzorg, waarvoor er in het veld nog amper algemene normen zijn ontwikkeld?”

 

Het uitgangspunt moest in ieder geval de patiënt zijn, dat stond vast. De patiënt is immers het centrum waar het netwerk om draait. Na een invitational conference met cliëntorganisaties en een rondje langs de beroeps- en brancheorganisaties in de eerste lijn stond er een concepttoetsingskader. Om dat te testen werden er twee pilots gedaan, in Nijmegen en in Rucphen. In deze pilots werd het netwerk van in totaal 21 patiënten, kwetsbare ouderen en volwassenen met chronische psychiatrische problemen, het zorgnetwerk in kaart gebracht en geëvalueerd. Deze pilots leidden tot het toetsingskader zoals het nu is gepubliceerd op de site van de IGJ i.o..

  

Hoe ziet het toetsingskader Toezicht op netwerken in de zorg thuis eruit?

Het toetsingskader voor netwerkzorg bestaat uit 4 hoofdthema’s:

  • cliënt centraal
  • mantelzorg
  • integrale zorg en
  • veiligheid 

Deze 4 hoofdthema’s zijn elk verdeeld in een aantal subthema’s. Op elk subthema is een aantal normen opgesteld om de kwaliteit die de netwerkzorg op dit thema levert te kunnen bepalen. Het toetsingskader voor netwerkzorg kunt u terugvinden op: www.igj.nl/onderwerpen/netwerkzorg> documenten > toetsingskader Toezicht op netwerken in de zorg thuis

  

Eerste onderzoeken

In de eerste helft van 2017 werd het toetsingskader voor de eerste keer echt gebruikt bij een onderzoek naar de netwerkzorg thuis aan kwetsbare ouderen na een opname in het eerstelijnsverblijf in Houten. Het netwerk van 12 patiënten werd onderzocht. De conclusie was dat de kwaliteit van de netwerkzorg op zich goed was maar dat de coördinatie beter vorm moet worden gegeven om tot meer samenhang in de zorg te komen. Op basis van de resultaten van dit onderzoek gaan de samenwerkende partijen in Houten aan de slag met verbeteringen en heeft de inspectie haar toetsingskader nog verder aangescherpt.

 

Voor de komende tijd staan er twee onderzoeken naar netwerkzorg op het programma: kwetsbare ouderen in Tiel en in Harlingen en zieke kinderen die thuis medisch-specialistische zorg krijgen Buijze: “Deze laatste groep hebben we gekozen omdat we daar wel een risico zien. Het gaat om zorg waarvoor de specialist verantwoordelijk blijft maar die in de thuissituatie wordt gegeven. Ook hier is vaak een heel netwerk bij betrokken. We willen kijken of het duidelijk is wie verantwoordelijk is en hoe de communicatielijnen lopen.”

 

Ook wordt er een pilot gestart waarin meldingen die niet één zorgverlener betreffen, maar gaan over samenwerken in een netwerk, multidisciplinair worden bekeken. Voor Winkel en Buijze is dit tegelijkertijd een manier om hun collega’s te betrekken bij netwerkzorg. “Inspectiecollega’s die de kwaliteit van één beroepsgroep controleren, zijn zich nog niet altijd voldoende bewust dat het aandeel van zorgverleners in een netwerk ook belangrijk is”, zegt Winkel.

 

Hoe en wanneer toetsen?

Hoe toets je nou de kwaliteit van een multidisciplinaire samenwerking? “Dat was voor ons best een uitdaging”, vertelt Buijze. “In een instelling kun je gewoon een dag meelopen en je bevindingen met de directeur delen. Met netwerkzorg zitten we in een veel diffusere situatie. Uiteindelijk hebben we gekozen voor de vorm van interviews met zoveel mogelijk betrokkenen: de patiënt, de mantelzorger, de verschillende zorgprofessionals en ook de Wmo-hulpverlener. Onze bevindingen bespreken we met de zorgbestuurders van een regio. Door de projecten steeds te evalueren met de betrokkenen komen we tot de beste aanpak.”

 

Hoe wordt besloten welk samenwerkingsverband onder de loep wordt genomen? Buijze: “Dat kan zijn op basis van meldingen, zoals gebruikelijk in de eerste lijn. Maar we kijken ook of we bepaalde indicatoren kunnen ontdekken die aangeven dat het niet goed gaat met de samenwerking in een bepaalde regio. Het zegt bijvoorbeeld misschien wat over de kwaliteit van de netwerkzorg, als het bezoek van ouderen aan de SEH sterk toeneemt. Komend jaar gaan we op zoek naar dit soort indicatoren.”

 

Niet handhaven maar agenderen

Winkel benadrukt dat de Inspectie niet wil voorschrijven hoe mensen moeten samenwerken. “Er zijn lokaal veel initiatieven en experimenten en dat is heel goed. Er is niet één juiste manier om samenwerking te organiseren, het hangt erg af van de omstandigheden. Wij willen alleen dat er een aantal zaken voor de patiënt goed geregeld is. Daar letten wij op.” Belangrijk om te realiseren, vinden Winkel en Buijze, is dat het bij netwerkzorg niet zozeer gaat om controleren en handhaven. Het gaat om agenderen en stimuleren om de netwerkzorg in Nederland op een zo goed mogelijk niveau te krijgen. “Ontdekken wat we moeten doen om de verandering op gang te brengen, dat is nu onze uitdaging”, zegt Winkel. “Na een paar onderzoeken hopen we een beeld te krijgen van waar de grootste risico’s zitten bij netwerkzorg”, voegt Buijze daaraan toe. “Die punten kunnen we dan agenderen bij bijvoorbeeld VWS of de brancheorganisaties.”

 

Maaike Heijltjes

Reactie toevoegen

Beperkte HTML

  • Toegelaten HTML-tags: <a href hreflang> <em> <strong> <cite> <blockquote cite> <code> <ul type> <ol start type> <li> <dl> <dt> <dd> <h2 id> <h3 id> <h4 id> <h5 id> <h6 id>
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.
  • Lazy-loading is enabled for both <img> and <iframe> tags. If you want certain elements skip lazy-loading, add no-b-lazy class name.
Inspectie onderzoekt kwaliteit van netwerkzorg

Meer artikelen met dit thema

person_outlineBlog

Wtza: dit zijn de financiële veranderingen voor zorgaanbieders

23 feb 2022 timer4 min
Op 1 januari 2022 is de nieuwe Wet toetreding zorgaanbieders (Wtza) in werking getreden. Een wetswijziging die een…
Lees verder »
E-health bij de tandarts
flash_onNieuws

Mr. Shirin Slabbers (VvAA) over ‘Uh E-health!?’: ‘Breng regels en risico’s in kaart’

17 feb 2022 timer5 min
‘Uh E-health!?’ heet de workshop van Shirin Slabbers tijdens het online congres Mondzorgpraktijk Anno Nu op 5…
Lees verder »

Samenwerken vanuit de maatschap. Wat zijn de aandachtspunten?

3 feb 2022
Zorgaanbieders willen meer en efficiënter met elkaar samenwerken. Veel praktijken worden groter en uitgebreid met…
Lees verder »

Fiscale aspecten van de samenwerking tussen praktijkmanager en praktijkhouder

23 dec 2021

Als een praktijkmanager voorafgaand aan een praktijkovername in loondienst treedt, zijn de fiscaal-juridische…

Lees verder »
Shirin Slabbers: ‘Er zijn allerlei wetten waar je mee te maken krijgt als je een e-health-toepassing invoert.’ (Foto: VvAA)
mic_external_onInterview

Mr. Shirin Slabbers (VvAA) over e-health in de mondzorg: ‘Regel de juridische kant goed, voorkom claims en boetes’

8 dec 2021 timer5 min
‘Uh E-health!?’ heet de workshop die gezondheidsrechtspecialist Shirin Slabbers verzorgt tijdens het online…
Lees verder »
Maaike van der Mee
person_outlineBlog

Protocollen maken lui!

23 nov 2021 timer3 min
Wie o wie heeft toch bedacht dat het werken met protocollen het medicijn is tegen zelfdenkende assistentes. Als we…
Lees verder »
Mr. Gabie Bouman (KNMT)
mic_external_onInterview

Gabie Bouman (KNMT) bij Mondzorgpraktijk Anno Nu: ‘De Wtza brengt veel nieuwe verplichtingen met zich mee’

17 nov 2021 timer5 min

Tijdens het congres Mondzorgpraktijk Anno Nu op 5 februari vertelt Gabie Bouman (KNMT) over…

Lees verder »
Minister Wobke Hoekstra tijdens Prinsjesdag
person_outlineBlog

De belangrijkste gevolgen van de Miljoenennota 2022: Dit merkt u er als zorgverlener van

16 nov 2021 timer4 min
Al voor de uitbraak van de pandemie luidden ziekenhuizen, verpleegkundigen en huisartsen de noodklok vanwege…
Lees verder »