Rob Barnasconi over reputatie van de mondzorg: ‘Grotere transparantie zorgt voor beter imago tandarts’
Rob Barnasconi werkt sinds 1997 bij Tandartsengroepspraktijk in Beverwijk en is sindsdien een van de vijf maten. ‘Het is een achtkamerpraktijk, met alle disciplines in huis. We hebben een grote aantrekkingskracht op jonge collega’s en absoluut geen personeelstekort. Toen we eens drie vacatures hadden, kregen we zo achttien geschikte kandidaten. Nadat die vacatures waren ingevuld, kwam er nog een jonge ervaren vrouwelijke tandarts en die zei: “Ik wil wel twee dagen aan de stoel, op dinsdag en woensdag.” Dat waren net de dagen dat ik patiënten behandelde. Sindsdien ben ik nog wel maat, maar sta niet meer aan de stoel.’
In zijn jaren bij de Tandartsengroepspraktijk leerde Barnasconi een belangrijke les. ‘Zorg goed voor je medewerkers, dat heeft invloed op je imago als praktijk. We gaan niet op voorhand uit van het gelijk van ervaren, seniore tandartsen, maar horen van alle medewerkers graag hun meningen en nemen die serieus. Als we een klinische avond hebben, geven we juist graag het woord aan jonge collega’s. Zij weten heel veel en kunnen vaak veel beter presenteren dan onze generatie heeft geleerd.’
‘Materialistisch, geldbelust, solistisch’
Ook in zijn tijd als KNMT-voorzitter was het imago van de tandarts een belangrijk onderwerp, vertelt Barnasconi. ‘De individuele beoordeling van patiënten over hun eigen tandarts is meestal heel goed, patiënten zijn supertevreden. Collectief hebben we een slecht imago: materialistisch, geldbelust, solistisch. Van die generalisatie heb ik vaak last gehad. Het is zoiets als: alle advocaten zijn boeven, maar die van mij is geweldig. Hoe kan dat nou? Ik denk dat dat komt doordat wij behoorlijk autonoom zijn. Het is ontzettend moeilijk te beoordelen wat er binnen de behandelrelatie met je patiënt gebeurt. Daar komt niemand anders tussen.’
Voor de patiënten betekent dat dat ze per definitie vertrouwen moeten hebben in hun tandarts, anders werkt de relatie niet, denkt Barnasconi. ‘Patiënten liggen in een kwetsbare houding in de stoel. Als tandarts kom je ontzettend dichtbij, het hoofd van de patiënt ligt tegen mijn buik aan. Je geeft je volledig over en dat kan alleen als de vertrouwensrelatie goed is. Tegelijk is het heel leuk om op feestjes flauwe grappen te maken over de beroepsgroep tandartsen. Dat is blijkbaar een reactie.’
‘Vrije tarieven en transparantie in de praktijk’
Ook de organisatie van het zorgstelsel heeft invloed op het imago van de tandarts, bijvoorbeeld doordat het beeld ontstond dat de beroepsgroep geldbelust is. Barnasconi: ‘De fase van vrije tarieven in 2012 dwong ons als tandartspraktijken transparant te zijn. Dat heeft een enorme boost gegeven aan de zichtbaarheid van praktijken. Voor die tijd hadden praktijken bijvoorbeeld nauwelijks websites, na die tijd had iedereen er een. Toen het experiment niet doorging, werd ons verweten dat dat praktijken te veel geld had gekost. Dat klopt, maar die aandacht is vooral gaan zitten in de transparantie van praktijken, duidelijke communicatie over wat je doet, ook online. En ook dat helpt weer de vertrouwensrelatie met de patiënt.’
Praktijken kunnen zich nu weer meer verschuilen achter de vaste tarieven, denkt Barnasconi. ‘Ik vind dat ik moet kunnen uitleggen waarom ik met mijn praktijk en mijn instrumenten doe wat ik doe. Daar hoort een bepaald prijskaartje bij, dat ook anders kan zijn dan het prijskaartje dat iemand anders hanteert. Ik blijf ook na het mislukken van de vrije prijsvorming vinden dat tandartsen zich qua prijsstelling vrij moeten kunnen bewegen. Op voorwaarde dat kinderen tot en met zeventien en ouderen vanaf 75 in de basisverzekering respectievelijk blijven en komen. Voor deze groepen mag geen enkele barrière bestaan in de toegankelijkheid van de zorg. De maatschappij moet daarin haar verantwoordelijkheid nemen.’
‘Vrije artsenkeuze is een mensenrecht’
In zijn periode als KNMT-voorzitter speelde ook het debat over vrije artsenkeuze. ‘Ik vind dat een mensenrecht. De vertrouwensrelatie met je arts is essentieel. Daarover hebben we een petitie opgesteld als mondzorg en die aangeboden aan de vastekamercommissie voor Gezondheidszorg van de Tweede Kamer. Bijzonder is dat we er alleen stonden als mondzorg. Pas toen we toenadering zochten met de VvAA om het thema breder te agenderen, kreeg het thema een enorme vlucht. Zij hebben het thema breder getrokken voor alle beroepsgroepen en toen kreeg het snelheid en flow. In de Eerste Kamer is het wetsontwerp toen met een nipt verschil tegengehouden.’
‘Omzet geen doel op zich’
Sinds 2021 is Barnasconi directeur Klinische zaken en Partnermanagement bij Fresh Tandartsen, een landelijke keten met 38 vestigingen. ‘In mijn rol bij bij Fresh zit ik niet op het spoor van louter uitbreiding van de keten. Ik praat nooit over euro’s. Omzet halen is een gevolg van service, dienstverlening en kwaliteit en is geen doel op zich. Dat is heel anders dan het imago dat wij als grote organisaties hebben. We sturen nooit op omzet, maar eerder op data. Met de data die Fresh verzamelt bij 300.000 patiënten kunnen we bijvoorbeeld hard aantonen dat bij een hogere inzet op preventie, de inzet op curatie afneemt. Dat lijkt een open deur maar is het allerminst.’
Rob Barnasconi is een van de sprekers bij de rondetafel op het MO-podium tijdens de Dental Expo op 27 oktober in de RAI Amsterdam. Dit is een gedeeltelijke voorpublicatie van een artikel uit MedischOndernemen 3.
Rob Barnasconi (61)
Rob Barnasconi werkt vanaf zijn afstuderen als tandarts (Utrecht, 1988) negen jaar als waarnemer. Tegelijk is hij in deze periode algemeen directeur bij Meditel, een landelijk keuringsinstituut met achttien vestigingen. Vanaf 1997 werkt hij bij Tandartsengroep Beverwijk en is een van de vijf maten. Van 2006 tot en met 2014 is Barnasconi voorzitter van de KNMT, in een periode dat het nieuwe zorgstelsel met marktwerking wordt geïntroduceerd. Ook vindt een experiment met vrije tandartstarieven plaats en loopt het politieke debat over vrije artsenkeuze hoog op. In 2016-2017 is hij interim-hoofd Tandheelkunde bij de Radboud Universiteit. Van 2015 tot 2021 was hij partner bij VvAA. Sinds 2021 is Barnasconi directeur Klinische zaken en Partnermanagement bij Fresh Tandartsen.
Links:
Meer artikelen met dit thema
Rabo Medicidesk: ‘Begin nu met het verduurzamen van je praktijkpand’
28 aug om 14:30 uur 5 minHadoks, de regionale huisartsenorganisatie in de regio Haaglanden, zet in een serie podcasts de spotlight op de…
Grijze haren van Gen Z: Tijd voor een gebruiksaanwijzing van deze nieuwe generatie
19 aug om 17:30 uur 5 minDe intrede van Generatie Z (Gen Z) op de werkvloer is een feit. Voor leidinggevenden in de zorg kan het soms…
Armoede uitgelegd: armoedestress leidt tot onnodig ziek zijn en jong sterven
19 aug om 16:30 uur 5 minKernwaarden huisartsenzorg onder druk: Het zal je dokter maar wezen
4 jul om 16:10 uur 4 minStel je woont in een dorp waar een huisarts met pensioen gaat. Aardige man, fijne dokter. Er…
Co-Med deels failliet - wanneer gaat het grote samenklonteren in de huisartsenzorg beginnen?
3 mei om 14:00 uur 6 minDe angst voor de tandarts én de onvoorspelbare rekening: Kerkratten en Baligangers
5 feb om 12:45 uur 4 minMet De Lieve Tandarts proberen we drempels weg te nemen waardoor mensen niet meer naar de tandarts gaan.…
Tweede Kamer verwerpt moties voor mondzorg in de basisverzekering
1 feb om 17:40 uur 3 minDe Tweede Kamer heeft een motie van de SP en Denk om mondzorg op te nemen in het basispakket…
Al 31 jaar tandarts, anderhalf jaar een vrij tarief gekend. Frustrerend, maar waar. Is een utopie die politiek niet haalbaar lijkt, wellicht niet goed uitgelegd, gecontroleerd, gecommuniceerd etc etc.
Nieuwe poging wat mij beterft de moeite waard, niet meer voor mijzelf wellicht , maar voor toekomstige generaties.
Ingediend door robert strijkert (niet geregistreerde gebruiker) op wo, 19/10/2022 - 11:18
Reactie toevoegen